Woorden en getallen inlezen

Je hebt in Python 1A geleerd hoe je invoer inleest en verwerkt. Een belangrijk onderdeel daarvan is het inlezen van getallen.

Je leest een woord (string) in met het commando input()als volgt: land = input("Naar welk land ga je op vakantie? ")

Python stelt dan de vraag aan de gebruiker. Wat de gebruiker invoert slaat hij op in de variabele land. Vervolgens kun je dat gebruiken in een zin.

land = input("Naar welk land ga je op vakantie? ")

print("Wat leuk dat je op vakantie gaat!")
print("Het lijkt mij ook leuk om naar " + land + " te gaan.")

Getallen inlezen

Om getallen in te lezen heb je de functie int() of float()nodig. Deze functie probeert uit een string een getal te halen. Zo kun je een ingelezen string omzetten naar een getal. Als het Python niet lukt om het om te zetten krijg je een foutmelding. Begin eerst met het kijken van het filmpje.

Hieronder zie je een voorbeeld waar je zelf in kunt proberen.

aantal = int(input("Met hoeveel mensen ga je naar het feest? "))
prijs = float(input("Wat is de prijs? "))

print("De totale kosten zijn: ")
print(prijs * aantal)

Je kan zoals in het voorbeeld gelijk het getal omzetten maar je kan het ook later doen in je programma. Kijk maar eens in het volgende voorbeeld:

karakter = input("Geef het karakter dat je wilt herhalen: ")
aantal_keer = input("Hoe vaak wil je het herhalen? ")

print("We gaan het karakter " +karakter + " " + aantal_keer + " printen.")
print(karakter * int(aantal_keer))

Oefenopdracht - 0.2 - Woorden en getallen

Maak deze opdracht in het Repl Team

Schrijf een programma dat: - Minimaal twee getallen inleest - Een berekening uitvoert - Het resultaat print